ChatGPT zwetst (2)

G.Teley stuurde deze conversatie met ChatGPT:

‘En wat dacht je dat mijn schoondochter voor antwoorden kreeg:’

Bomans

Weer een parel van de Belgische publieke omroep. Een ‘remake’ zoals ze dat zelf noemen van een documentaire uit 2003, over de in 1971 overleden schrijver en publiekslieveling uit Haarlem. Hij is nog steeds grappig. Mooie tijdsbeelden ook van de naoorlogse jaren. 11 afleveringen.

Podcast!

Het wordt weer tijd voor een tip. Goud, deze keer: ‘De Kunst van het Verdwijnen,’ hoort bij de top-3 beste die ik tot nu toe hoorde. De verteller begint met zich te verdiepen in de spectaculaire ‘tunnelroof’ in het Antwerpse diamantkwartier in 2019, komt daardoor bij de handgranaat-aanslag op een schoolbus vol Joodse jongetjes in 1980, en vervolgens bij het sprookjesachtige verhaal van Fred, die als 4-jarige weg glipte uit een razzia in 1942 …. Sappig, soms onverstaanbaar Vlaams, maar prachtig geproduceerd en geschreven. Acht afleveringen van een half uur, zo’n beetje. (tip L. Bicker Caarten)

Hebt u nog iets moois gehoord, de laatste tijd?

‘Hij gaat niet vliegen …’

Lezer ‘Iceblink’ reageerde op mijn lovende recensie van de Tesla Semi vrachtwagen, en stuurde een bespreking op de website bigtruck.nl. die mijn enthousiasme danig temperde. Hier wat citaten:

De centrale zitpositie: ‘Het enige voordeel is dat daardoor de cabine een soort puntvorm kon krijgen, maar de nadelen zijn groot. Een Poolse journalist zette het op een rijtje. De zijruiten kunnen niet open, waardoor je in de péage of bij een toegangspoortje uit moet stappen. Verder is door de centrale zitpositie het zicht als je achter een andere truck rijdt, minimaal. Je kunt er niet even omheen kijken.’

‘Verder lijkt de cabine niet geschikt om er een bed in te monteren. Daar is namelijk geen plek voor, ondanks de enorme lengte van de Semi. Voor Amerikaanse begrippen is het een compacte truck maar in Europa zal Tesla hier niet meer weg komen. Van het puntje van de voorbumper tot de zijfenders meet de Semi een kleine vier meter, en dat dan zonder slaapcabine. Voor Europese toepassingen volledig ongeschikt dus.’

En de actieradius valt tegen: ‘Voor ritten met lichte lading zoals chips is het maximum volgens Pepsi 680 kilometer, maar wanneer het volledige laadvermogen benut wordt met ladingen frisdrank is dat slechts 160 kilometer.’

‘Hoe gaan we dat opslaan?’ Reacties en suggesties

Zoals altijd weten Bicker-lezers meer dan De Bicker. Hier een lange lijst opmerkingen en geweldige vondsten. Te lang voor een nieuwsbrief, dus klik op ‘lees meer’ als u meer wilt.

J. de Kempenaer:

Ook ammoniak zou een energiebuffer kunnen zijn. Ammoniak (NH3) kun je ongeveer net zo gebruiken als methaan (CH4). Dus uit N2 in de lucht en H2 uit elektrolyse, NH3 maken. Dat kun je net zo verbranden als CH4. Groot voordeel, je haalt de ‘C’ helemaal weg uit het systeem. Bron: ScienceDirect.

R. van der Horst:

Opslag-alternatieven die ik voorbij zie komen, die behoorlijk ‘mature’ zijn en waar lithium geen rol speelt. Eerlijk gezegd zijn lithium batterijen er voor gebruik waar ruimte en/ of gewicht beperkingen gelden (telefoons, auto’s e.d.): een Tesla power wall slaat nergens op naar mijn mening, zet gewoon een bult van deze in je kruipruimte:

Voor grootschalige opslag zie je ook vormen opkomen waar lithium geen rol meer speelt, zie bijv. deze:

Meer…

Energie-opslag

(Wat vooraf ging: als je energiebronnen gelijk trekt (‘levelized’) door alle kosten over de levensduur van de opwekker mee te nemen, zie je dat zon en wind snel goedkoper worden dan fossiele brandstoffen. Maar ze hebben pieken en dalen in productie. Dus er moet opslag naast. Lithium-ion accu’s zullen dat slechts beperkt kunnen worden omdat lithium niet oneindig voorradig is. Dus wat dan wel?)

Allereerst een kanttekening van lezer R. van der Horst: ‘dat zeiden we van olie ook, dat raakt een keer op.’ En kijk eens. ‘Oil is found between the ears of men,’ zei ooit iemand in ‘The Prize’ van Daniel Yergin. Hetzelfde kun je waarschijnlijk zeggen voor alle grondstoffen. Dus misschien is er wel voldoende lithium. Dan nog kan het geen kwaad om alternatieven aan te spreken.

In Finland staat een prototype van een accu met zand. Die kan warmte op 600 ºC ‘enkele maanden’ vasthouden. Verwarmt 100 huizen en een openbaar zwembad. Neemt veel meer ruimte in beslag natuurlijk, is zo groot als een forse silo; maar kost een achtste van lithium-ion, per geproduceerde elektriciteit.  (tip L. Vogelaar)

Een andere lezer herinnerde mij aan de solid-state accu die nu wordt ontwikkeld en volgens de fabrikant in 2024 in auto’s leverbaar zal zijn. Zie deze Bicker van afgelopen zomer.

Andere oplossing: gewichten die opgetakeld worden in perioden van overvloedige energie, en neergelaten als er elektriciteit nodig is. Prototypes worden nu ontwikkeld in Zwitserland, Schotland, Duitsland en Californië.

Tot slot, onlangs ook al in De Bicker: waterstof. Als je naast een windmolenpark een elektrolyse-installatie zet en een tank voor waterstof, kun je de overtollige energie van de wind gebruiken om de elektrolyser aan te drijven; die splitst water (H2O) in zuurstof en waterstof. De waterstof (H2) sla je op, desnoods maandenlang, in de tanks. Optimisme over deze vorm van opslag wordt aangewakkerd door een recente studie die poneert dat elektrolyse, net als zonnecellen en batterijen, een ‘exponentiële’ leercurve heeft en dus ook snel goedkoper wordt.

Er zijn vast nog meer vormen van energie-opslag in ontwikkeling.  Punt is: menselijke nieuwsgierigheid, eventueel gekoppeld aan winstbejag, levert telkens weer oplossingen.

En dit gaat alleen nog maar over energievoorziening op massa-schaal, via centrales. Tegelijkertijd is een trend – ook al weer aangewakkerd door nieuw technologie – naar autarkie. Van het net af, ‘off the grid,’ door aardwarmte, zonnepanelen, steeds goedkopere accu’s.

LCOE

Hoe vergelijk je nou de prijzen van zulke uiteenlopende energiebronnen als water, olie, wind, steenkool, kernsplitsing? Door de ‘Levelized Cost of Energy’ methode toe te passen. Een voorbeeld:

Zonnepanelen zijn ook zonder subsidie al goedkoper dan steenkool; en met subsidie kan een windmolen concurreren met gas. Dit ziet er goed uit voor schone energie. Maar, zegt ThinkX (van Silicon Valley ondernemer Tony Seba): de LCOE geeft een verkeerd beeld. Want gaat uit van ruwweg 40 jaar onafgebroken functioneren, onder dezelfde voorwaarden. Maar door de snelle opkomst van betaalbare zonnepanelen en windmolens daalt de levensverwachting van ‘ouderwetse’ centrales op kool en gas. Als je daarvoor corrigeert, valt de LCOE-vergelijking nog veel gunstiger uit voor schone energie. (tip R. van der Horst)

Maar Tony Seba gaat er van uit dat zon en wind hun energie zullen kunnen opslaan. In lithium-ion accu’s. Daar zit een probleem want lithium is maar beperkt voorradig. Zie het volgende item.

Laatste reactie

… op ‘Groen kost niks’: van E. Kemeling, al jarenlang abonnee. ‘Of het (de energietransitie, red.)  geld ‘ kost’  is macro-economisch eigenlijk helemaal geen relevante vraag. Dit is ook waar Bjorn Lomborg de mist in gaat. Hij gebruikt een micro-economisch concept ‘ geldverslindend’  in een macro economische context. Dat is intuïtief aantrekkelijk, maar betekent niks. In marginale zin, op de korte termijn, misschien. Op de lange termijn zeker niet. GDP zal hoger zijn, en het systeem ziet er anders uit. Dit is een generiek argument; een land wordt ook niet armer als iedereen een fiets koopt.’

Hele reactie lezen? ->

Meer…

‘Groen kost niks’ – reacties

In reactie op het verhaal van gisteren, hier reacties van lezers. In willekeurige volgorde, soms licht geredigeerd. Ik hoor graag van u!

I. de Kogel: ‘Ik denk een veelgemaakte fout is de lijn van technologische ontwikkeling en kostenreductie (lineair) doortrekken. Technologie op het gebied van zon/wind is redelijk uitontwikkeld, prijzen dalen ook niet meer zo hard (laatste 2 jaar zelfs gestegen). Zie Bloomberg.  Op batterij gebied is nog wel heel veel te winnen.’

‘Bijkomend probleem met zon/wind is de onvoorspelbaarheid van de productie, er zijn immers dagen zonder wind, zonder zon. Dit maakt dat hoe meer zon/wind je toevoegt aan het energienet, hoe moeilijker (en duurder!) het wordt. Dit is bij bijvoorbeeld kernenergie niet het geval. (Dit beantwoordt het artikel van Noah Smith: koppel een elektrolysator aan een windmolen; hij draait op windenergie, en slaat waterstof op voor als de wind wegvalt – De B.) Mooi stuk hierover op de site van Judith Curry.’

M. Petit: ‘Kern van hun verhaal blijft ijzersterk: 1) kosten bij fossiele brandstoffen wordt vooral bepaald door schaarste, niet kosten van opwekking; bij renewables omgekeerd, dus dit kan zo doorgaan, 2) bij olie en gas werd ook al vaak gezegd dat de reserves “binnen 20 jaar” op zijn, en toch blijven we nieuw vinden, door kostendalingen van hernieuwbare technologieën worden opeens meer gebieden interessant die op dit moment te duur zijn, ruimtegebrek is dus niet het probleem. Maar er zijn twee grote problemen die dit stuk niet adresseert: niet genoeg netcapaciteit, niet genoeg geschoolde mensen om het uit te voeren. Dit heeft weinig met kosten maar veel met planning te maken, en dat is iets waar we achter de feiten aanlopen.’

Meer reacties ->

Meer…

Big Brother was een amateur

Lezer R. Tamboezer schrijft: ‘Ik heb deze grafiek gemaakt van de gegevens van Visual Capitalist.  Het China getal is gebaseerd op de volgende aannames: 90% van de 540 miljoen camera’s en 63% van de 1,4 miljard mensen zijn in steden.’

Wacht even – meer dan vijfhonderd camera’s per 1.000 inwoners … dat is één op de twee!? Waar laat je die dingen? Dat kan toch niet kloppen?

Maar de New York Times gebruikt hetzelfde cijfer. Half miljard op 1,4 miljard, in de steden is de bevolking dichter en dus ook het aantal camera’s. Ongelooflijk.

Maar wat doet de overheid nu met die beelden? De krant heeft de offertes doorgespit van bedrijven die meedingen naar overheidscontracten, specifiek surveillancesystemen. Daarin staan meestal ook de voorwaarden en de wensen van de overheid, de klant. De meeste camera’s kunnen dus gezichten herkennen door iris-scans, maar China heeft ook straatcamera’s die stemmen opnemen, en maakt daar ‘stem-ID’s’ (voice prints) van. De politie wil die koppelen aan de gezichtsherkenning. Eén provincie heeft een database waarop 2,5 miljard foto’s staan. Analytische software kan op basis van de foto’s ras en geslacht vaststellen. De politie heeft in het verleden ook bestellingen geplaatst voor ‘phone trackers’ die telefoonnummers (en dus namen) kunnen koppelen aan de fictieve namen die de eigenaar gebruikt op sociale media.