Vooruitgang

In India is de geboorteratio gedaald tot 2.0, onder de 2.1 die nodig is om een bevolkingsaantal stabiel te houden. Oftewel, India heeft hetzelfde pad doorlopen dat alle rijke landen in hun geschiedenis hebben afgelegd: steeds langzamere bevolkingsgroei, gevolgd door een omslag naar krimp. Dit is waarom we nooit bang hoeven te zijn voor overbevolking.

60.000 windmolens?

Hoeveel windmolens zou je nou moeten plaatsen in Nederland, wil je de hele energie-behoefte door ‘hernieuwbare’ bronnen laten voeden? 60.000, berekent Jan Leen Kloosterman, prof reactortechnologie aan de TU Delft. Dat is: als je helemaal geen kerncentrales bouwt, geen aardgas, olie of steenkool gebruikt, en 100% ‘vernieuwbaar’ wilt zijn.

Stel nu dat de helft door zonnepanelen kan worden geleverd (een berekening die Kloosterman niet maakt) dan nog zouden er in Nederland 30.000 windmolens moeten staan. Begin 2021 stonden er 2.610 windmolens in dit land, op land en op zee.

Kloosterman is gespecialiseerd in kernenergie en werkt aan de ontwikkeling van een 4de-generatie kernreactor op thorium. Hij zegt op zijn TU Delft-pagina: ‘Mijn droom is een kernreactor die inherent veilig is, draait op op uranium/thorium en geen langlevend kernafval nalaat.’ In China draait nu een prototype; Kloosterman en anderen zijn bezig aan concurrerende prototypes. Zie ook deze eerdere Bicker.

Maar kernenergie alleen is ook niet de oplossing, zegt hij: als je dezelfde energiebehoefte zou willen laten voorzien door kernenergie, dan zou je nog eens 20 ‘klassieke,’ watergekoelde kerncentrales moeten bouwen. (Gen-3, dus niet de Gen-4 thorium centrales.) Dat is al net zo onrealistisch als 60.000 windmolens, zegt hij. Dus: we moeten blijven zoeken naar een balans tussen energiebronnen, en in de transitie naar ‘duurzaam’ waarschijnlijk ook gebruik maken van Gen-2 en Gen-3 kernreactoren.

Zijn verhaal staat in een presentatie, die ook te vinden is op YouTube. (Start op 01’45”). Dit is een sheet:

Hoe komt hij bij 60.000 windmolens? Dat is voor een groot deel doordat windmolens gemiddeld slechts 30% van de tijd productief zijn. Het zou mooi zijn als we de energie van wind en zon konden opslaan, maar grootschalige ‘accu’s’ bestaan nog niet.

Kerncentrales zijn nu duur. Dat is voornamelijk omdat banken hoge rente berekenen op de leningen die nodig zijn voor de bouw, zegt Kloosterman; dat is weer omdat er tijdens de bouw zo veel vertraging kan ontstaan. Dat is een bijkomend voordeel van ‘Small Modular Reactors’  (SMR’s), zoals die thorium-centrale. Die kun je in een fabriek in serie bouwen en op een vrachtwagen zetten naar de gewenste lokatie. (tip A. Kaizer)

IPCC WG2

Zo, dat is nog eens een sappige kop. Maar terzake. U hebt misschien ook Antonio Guterres gezien, secretaris-generaal van de VN, die met bijkans overslaande stem ons waarschuwde dat ons laatste uur heeft geslagen. ‘Ongeveer de helft van de wereldbevolking leeft in de gevarenzone, nú, en veel ecosystemen staan op een point of no return (waarbij ze onherstelbare schade oplopen en niet meer kunnen terugkeren naar de oude toestand), nú,’ zei hij.

Als mensen zichzelf overschreeuwen dan word ik wantrouwend.

Bijgaand een reactie van Roger Pielke Jr op dit rapport. Hij vertelt een aantal dingen die ik niet wist (en dat is nu net de charme van deze nieuwsbrief, dat ik niet pretendeer alles te weten maar juist op zoek ga naar mensen die mij iets vertellen wat ik nog niet wist.) Ik lees hem graag omdat hij zo secuur zijn bronnen vermeldt.

Ik wist bijvoorbeeld niet dat er drie werkgroepen zijn bij de IPCC, die allemaal hun eigen interpretatie geven van de bestaande kennis. Dit is dus niet een ‘nieuwer’ rapport dan dat van eind vorig jaar; het heeft een andere invalshoek op dezelfde kennis.

Groep 1 inventariseert de stand van de wetenschap; groep 2 (deze week) kijkt wat de gevolgen zijn voor het klimaat, welke landen en gebieden het meest kwetsbaar zijn, en in hoeverre aanpassing (‘adaptation’) effectief is. Werkgroep 3 kijkt naar de economische gevolgen van klimaatverandering, en wat aanpassing of mitigatie zou kosten.

Maar ‘werkgroep 2 is afgedwaald van zijn doel om de wetenschap te evalueren, en heeft zich gepositioneerd als een cheerleader voor uitstootvermindering,’ zegt Pielke. Het rendement van aanpassing (dijken, uiterwaarden, verhuizing), dat een hoop kosten van emissievermindering kan wegnemen, krijgt weinig aandacht.

In het IPCC rapport, zegt Pielke, staat: ‘Geraamde schade door overstromingen kan worden teruggebracht tot 1/20ste als mensen voldoende aanpassen.’ Dit is zelfs bij het scenario RCP8.5, één van de zwartste scenario’s en één die de laatste jaren als hoogst onwaarschijnlijk wordt beschouwd. Dit botst dus met de alarmerende toon van Guterres. Maar het staat in het rapport, niet in de samenvatting.

Pielke is gespecialiseerd in storm- en overstromingsschade. Hij praat in dit artikel niet over mogelijk verlies aan biodiversiteit, of de kans op waterschaarste. Oordeelt u zelf.

In de prullenbak

De ‘marshmallow test’ kan in de prullenbak. De nieuwste verificatie laat zien dat de test geen voorspellende waarde heeft over maatschappelijk succes in het latere leven van 4 jaar oude deelnemers. Aan deze laatste test deed ook psycholoog Walter Mischel mee, de man die de wereld opschudde met de originele test. (‘Hier is een marshmallow. Ik ga nu de kamer uit. Je mag hem opeten; maar als je wacht tot ik terugkom, krijg je er nog eentje bij.’)

Deze studie volgde de kinderen tot na hun 40ste, en hoe lang ze wachtten met het opsnoepen van de marshmallow had geen enkele relatie tot hun succes in later leven. ‘Succes’ in de zin van: gespaard vermogen, sociaal aanzien, schulden, eet- en sportgewoontes, roken, uitstelgedrag, regelmatig naar de tandarts gaan. Mischel hielp mee deze nieuwe test te ontwerpen, maar overleed in 2018 aan kanker.

Lomborg in Amsterdam

De Deense klimaatschrijver Bjørn Lomborg sprak afgelopen woensdag op de vierde ‘Bicker Brain Session’ in Amsterdam. In de laatste stuiptrekkingen van het  Covid-regime mochten we maar 2×75 mensen toelaten. Dus hier, voor wie het gemist heeft, een overzicht van de belangrijkste punten aan de hand van enkele van zijn slides.

Klimaatverandering zorgt NIET voor bosbranden in Californië, overstromende rivieren in de Ardennen en Duitsland, of verwoestende orkanen. Let op, ‘klimaatgeneraal’ Tom Middendorp: u kletst onzin. Wat u zegt, wordt doodgewoon tegengesproken door het IPCC en de feiten. Kijk maar:

Het IPCC durft ook niet te zeggen of overstromende rivieren kunnen worden toegeschreven aan klimaatverandering.

Als u het nog steeds niet gelooft zie dan het stuk van Roger Pielke, onlangs in De Bicker.

Paniek is niet nodig, zegt Lomborg. Ja, klimaatverandering is echt en we moeten er iets aan doen. Maar wel rustig blijven nadenken.

Wat we nu doen, heeft weinig zin. Nederland zal de komende jaren tot 2050 ieder jaar 52 miljard euro moeten uitgeven (overheid en bedrijfsleven) om ‘CO2-neutraal’ te worden. Dat is 6,5% van het BBP.

Zelfs als de hele EU al zijn beloftes nakomt, dan nog zal het voor de temperatuur van de wereld weinig uitmaken:

Want wereldtemperatuur is een wereldprobleem, niet lokaal. Dus wat is dan wel wijsheid?

Investeren allereerst in aanpassing: hogere dijken, meer uiterwaarden, de kennis van Nederland exporteren over de hele wereld. Bangladesh wordt snel welvarender; er is geen enkele reden waarom het niet de komende decennia het ‘Holland van Azië’ zou kunnen worden. Ja maar dat is toch defaitisme? Moeten we dan accepteren dat de wereld 3ºC warmer wordt, met alle onvoorspelbare gevolgen vandien? Nee, zegt Lomborg; we kunnen ook veel slimmer investeren in innovatie, we moeten niet alleen kijken naar windmolenparken, zonnepanelen en elektrische auto’s. En we moeten zorgen dat arme landen snel rijk worden. Armoede veroorzaakt veel meer ellende dan klimaat. Ja, groei desnoods met steenkool. Als technologie geen alternatief biedt dat goedkoper is en net zo effectief en betrouwbaar, zullen arme landen hun welvaartsgroei bekostigen met fossiele brandstoffen.

Nog meer methaan

De hoeveelheid methaan in de atmosfeer – het onderbelichte broeikasgas – stijgt sinds 2007 sneller dan voorheen, en wetenschappers hebben er niet een sluitende verklaring voor. Er zijn meerdere soorten methaan – die van gas- en oliewinning heeft een andere moleculaire structuur dan die welke uit de microben komen die leven in graslanden, vuilnisbelten en in de maag van vee. De hoeveelheid methaan is dus toegenomen, maar de samenstelling is anders. Meer uit natuurlijke bronnen, minder uit gas en olie. En dat leidt tot de theorie dat stijgende temperaturen de uitstoot door microben aanwakkeren – en zou een klassieke vicieuze cirkel zijn. Opwarming veroorzaakt opwarming veroorzaakt opwarming. Maar voor deze theorie is nog geen bewijs.

PS in het artikel over mega-methaanuitstoters, gisteren, stond geen link naar de bron. Excuses. Bij deze alsnog:

Washington Post.

Grote gaslekken

Een analyse van honderden foto’s van een ESA-satelliet toont dat een relatief klein aantal plekken goed is voor een enorme hoeveelheid methaan-uitstoot: 8-12% van de broeikasgas-uitstoot van de olie- en gasproducerende bedrijven. Deze gaslekken werden geconstateerd in Rusland, Turkmenistan, de VS, Iran en enkele plekken in het Midden-Oosten. ‘Laaghangend fruit’ zeggen de onderzoekers, als je de uitstoot van broeikasgassen wilt verminderen.

 

Goed nieuws

De toekomst is moeilijk te voorspellen. Daarom publiceert het IPCC klimaatpanel van de VN niet één voorspelling, maar meerdere scenario’s. Ontwikkelingsrichtingen.

In totaal heeft het IPCC sinds 2005 wel 1.311 scenario’s ontwikkeld, waarvan elf (11) voorrang kregen en extra diep werden uitgewerkt. Nu zijn we 17 jaar verder. Is er nieuwe kennis bijgekomen, die ons noopt om de scenario’s bij te stellen?

Volgens deze studie (peer reviewed, zie hier) zijn er van die ruim 1.300 scenario’s slechts 71 nog plausibel. En de meest zorgelijke scenario’s bleken het minst realistisch.

De waaier van uitkomsten (de dunne grijze lijntjes) wordt een stuk kleiner. De blauwe lijntjes zijn de voorspellingen die stand houden. NB projecties zonder CO2-opvang en -opslag, waarvan we nu nog niet weten of dat op grote schaal werkt. Als we CO2-opslag wel meenemen, ziet de kaart er zo uit:

Voor ieder scenario moet je aannames doen. Meestal meerdere per scenario. Als die aannames later blijken niet te kloppen, dan is het scenario niet meer plausibel.

Hoe kun je beoordelen of een aanname nog valide is? Bijvoorbeeld: kijk wat er tussen 2005 en 2020 in de wereld is gebeurd. Eén scenario ging er van uit dat de wereld energiecentrales op steenkool zou bouwen in hetzelfde tempo als in de jaren voor 2005. Dat bleek niet het geval.

Een andere manier is te kijken naar trends in de periode 2005-2020 van het scenario, en die extrapoleren naar de nabije toekomst – tot 2050 in dit geval – met een methodiek van het IEA die algemeen is geaccepteerd. Als de IEA methode een ander traject oplevert dan was verondersteld in het IPCC scenario, dan is het scenario niet meer plausibel; de IEA methode is immers recenter, en maakt gebruik van kennis en waarnemingen die in de tussenliggende jaren zijn opgedaan. Als deze extra ‘filter’ wordt toegepast op de scenario’s, wordt het aantal plausibele scenario’s zelfs teruggebracht van 71 naar 35.

De 71 plausibele scenario’s komen allemaal op een CO2-uitstoot die zou leiden tot een opwarming van de aarde van maximaal 3ºC; de gemiddelde uitkomst is zelfs 2,2ºC, oftewel iets boven het ambitieuze doel van het Parijs Akkoord.

Het IPCC heeft tot nu toe nog nooit zijn scenario’s geëvalueerd op plausibiliteit.

Oversterfte

Nederland is niet het enige land dat zich afvraagt: wat is oversterfte?

Een reden kan liggen in de definitie, denken datawetenschappers. ‘Het aantal geregistreerde sterfgevallen vergeleken met de verwachte sterfte,’ waarbij de verwachting is gebaseerd op – bij voorbeeld – het gemiddelde van de afgelopen vijf jaar. Bij een verouderende bevolking is dat niet handig: immers, de gemiddelde leeftijd is nu hoger dan in de afgelopen vijf jaar, dus meer mensen zijn in de buurt van hun levenseinde. ‘They found that comparing deaths to average mortality in previous years consistently underestimated the number of expected deaths, and so overstated excess deaths1.’ (cursief door mij).

Lange bespreking van pogingen door o.a. The Economist om met nieuwe modellen te berekenen hoe veel slachtoffers het virus nu werkelijk heeft opgeëist.

Omicron de redder

Vergeet groepsimmuniteit – er is iets veel beters, betoogt de Wall Street Journal op basis van enkele nieuwe onderzoeken. Vaccinatie en eerdere besmetting geven geen bescherming tegen nieuwe infecties, vooral niet tegen zeer besmettelijke varianten zoals Omicron. Maar Omicron biedt wel iets anders: door de manier waarop de variant de witte bloedcellen conditioneert maakt het mensen ‘superimmuun,’ dat wil zeggen: ze worden wel ziek, maar met milde symptomen. En het belangrijkste: deze mensen zijn ook veel beter bestand tegen nieuwe varianten van SARS, misschien zelfs hele nieuwe coronavirussen. Gebaseerd op studies uit onder andere Oregon en Zuid-Afrika. De combinatie van vaccinatie en besmetting met Omicron biedt dus deze super-immuniteit; alleen moeten ouderen waarschijnlijk wel jaarlijks een booster halen, omdat hun T-cellen zwakker geheugen en respons hebben. (betaalmuur, helaas)